Quickscan toename van het ruimtebeslag in Nederland. Een inschatting van de toename van het ruimtebeslag in Nederland als verkenning voor de aankomende Europese doelstelling ‘no net land take in 2050’.

expertise:

Vastgoed, Bouw & Overheid

nieuwsbrief:

Wilt u meer weten over dit onderwerp, schrijf u in voor onze nieuwsbrief

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

14 februari 2023

Inleiding

Met deze titel publiceerde het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) op 23 januari 2023 een verkenning van de gevolgen van het wetsvoorstel Bodemgezondheidswet dat de Europese Commissie naar verwachting in 2023 in procedure zal brengen. Doelstelling van deze wet is om de stedelijke uitbreiding in 2050 volledig afgebouwd te hebben. Dit kan dus ook gevolgen hebben voor de aanpak van het woningtekort, aldus het PBL.

Achtergrond van het wetsvoorstel

Omdat verstedelijking de bodemkwaliteit en ecosysteemdiensten kan aantasten, zal dit voorstel – zo verwacht het PBL – “een doelstelling bevatten om een rem te zetten op stedelijke uitbreiding – de no net land take in 2050-doelstelling. In 2050 zou verstedelijking dan helemaal niet meer ten koste mogen gaan van landbouw- en natuurgronden. De bedoeling is om geleidelijk naar deze doelstelling toe te werken. Na 2050 moet elke hectare grond die naar (semi-)stedelijke functies wordt omgezet gecompenseerd worden met het teruggeven van grond aan natuur of landbouw (bijvoorbeeld door het afbreken van gebouwen en wegen).”

Begrip ‘no net land take‘

‘Het PBL omschrijft het als volgt: “Het begrip land take in de doelstelling ‘no net land take in 2050’ (hierna afgekort tot NNLT) betekent min of meer hetzelfde als verstedelijking: het gaat hierbij om een toename van het ruimtebeslag door stedelijke functies, maar ook semi-stedelijke functies zoals mijnbouw en stortplaatsen.”

Het PBL spreekt liever van verstedelijking omdat “land take in het Engels misleidend en normatief is (het suggereert dat iets wordt afgepakt) en het Nederlandse begrip ‘ruimtebeslag’ is onduidelijk. Termen zoals ‘verstedelijking’ en ‘nieuwe stedelijke ontwikkelingen’ zijn duidelijker en eenduidiger.”

NNLT

Voor Nederland betekent NNLT een aanzienlijke uitdaging volgens het PBL.  

Dit houdt verband met het volgende:

”In de periode 2000-2018 was Nederland al een van de koplopers in de Europese Unie (EU27) als het gaat om een toename van het ruimtebeslag. Op dit moment worden tientallen ruimtelijke programma’s opgesteld om de diverse ruimtelijke opgaven aan te pakken, zoals hernieuwbare energieproductie, klimaatadaptatie en het woningtekort. Deze programma’s vragen allemaal om ruimte. NNLT kan de uitvoering van deze programma’s bemoeilijken of juist ondersteunen. De definitie van land take (bijkomend ruimtebeslag) moet nog nader worden uitgewerkt in het wetsvoorstel. Deze uitwerking is bepalend voor de mate waarin Nederland aan de NNLTdoelstelling zou kunnen voldoen.”

Uit de quickscan komen de volgende punten naar voren:

  • “In de definitie van de ruimtebeslagtoename zullen kwantitatieve aspecten zitten, zoals de groei van stedelijke functies ten koste van landbouw en natuur. De grootste landen hebben absoluut gezien de grootste toename van het ruimtebeslag, maar ten opzichte van zijn totale grondgebied is Nederland een koploper.
  • In de definitie van de ruimtebeslagtoename kunnen ook kwalitatieve aspecten zitten, zoals de betekenis van ecosysteemdiensten van verstedelijkte of te verstedelijken grond. In dat opzicht doet Nederland het beter: er wordt in Nederland nauwelijks op natuurgrond gebouwd.
  • Als de definitie van ruimtebeslagtoename ook gerelateerd wordt aan bijvoorbeeld de  bevolkingsontwikkeling dan scoort Nederland nu al ‘gemiddeld’ binnen Europa.
  • De zogenoemde gebruiksklassen van wat precies ‘toename van het stedelijk ruimtebeslag’ of ‘verstedelijking’ inhouden, spelen hierbij een belangrijke rol: tellen bijvoorbeeld stedelijk groen, bouwterreinen, windparken, of glastuinbouw mee als ruimtebeslag, of juist niet?“ 

 

Tot slot

Het PBL geeft aan dat vraagtekens gesteld kunnen worden bij het nut en de noodzaak van Europese regelgeving voor het terugdringen van de ruimtebeslagtoename en concludeert: “Het is de vraag of een harde, generieke NNLT-doelstelling doelmatig is om de bodemkwaliteit te beschermen, vooral als voor een kwantitatieve benadering wordt gekozen. Dergelijke regels kennen vaak bijwerking in ruimtelijkeordeningssystemen die naar een integrale afweging streven. Het kan zelfs andere ambities, zoals de verduurzaming van gebouwen en het realiseren van hernieuwbare energie, in de weg staan.”

Heeft u vragen naar aanleiding van deze blog? Neem dan vrijblijvend contact op met Marga van Gerwen of één van de leden van de sectie Vastgoed, Bouw & Overheid.