Column MusicMaker: Valse auditie bij Idols

expertise:

Intellectueel Eigendomsrecht

nieuwsbrief:

Wilt u meer weten over dit onderwerp, schrijf u in voor onze nieuwsbrief

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

01 december 2016

Stel, je bent kandidaat in Idols. Je zingt voor je gevoel de sterren van de hemel, maar de jury is een stuk minder enthousiast. Vervolgens zie je twee dieptepunten uit je auditie ook nog eens achter elkaar gemonteerd in de reclames voor het programma terugkomen. Niet best, denk je. Kun je daar nog iets tegen doen (afgezien van het nemen van zangles)?

Deze vraag komt natuurlijk niet zomaar uit de lucht vallen. Eerder dit jaar deed de rechtbank uitspraak in een kort geding hierover. Kandidaat nummer 4318 had dit kort geding aangespannen tegen RTL en Blue Circle.

Het begint er mee dat de kandidaat ruim zes uur te laat op de betreffende stip arriveert. Daar heft hij het lied “I want it that way” van de Backstreet Boys aan. Als de jury hem dan vlak na zijn optreden vraagt of het een grap is, dan weet je als kandidaat eigenlijk al genoeg. Jurylid Eva Simons maakt het vervolgens af: “Het is gewoon echt slecht. Heel, heel, heel erg slecht.”

Diezelfde dag nog stuurt de kandidaat een e-mail aan Blue Circle. Hij schrijft dat hij zich zo niet wil presenteren aan Nederland: “Ik wil hierbij dus dat mijn auditie video inclusief mijn 2 laatste interviews officieel worden verwijderd vóórdat ze uit de camera gaan, anders ben ik genoodzaakt jullie aan te klagen voor 100.000 euro en neem ik er een advocaat bij.”

Die advocaat heeft hij er ook bijgenomen, maar die 100.000 euro krijgt hij niet. De rechter stelt namelijk voorop dat hij een deelnemersverklaring heeft ondertekend waarin hij onvoorwaardelijk toestemming heeft gegeven om de beelden uit te zenden. Nergens blijkt uit dat hij zijn toestemming niet weloverwogen heeft verleend of overhaast of onder druk tot ondertekening is overgegaan.

De rechter weegt bovendien mee dat hij vooraf op de hoogte was van de aard van het programma en van het feit dat het er op gericht is om het aanbod van Nederlands zangtalent ‘in de breedte’ te laten zien. Met andere woorden: niet alleen de goede maar ook de ronduit slechte audities worden uitgezonden. Het doel van de kandidaat met het meedoen aan het programma was juist dat hij op televisie te zien zou zijn. Dat is in ieder geval gelukt.

Dat wil overigens niet zeggen dat het opgenomen materiaal onder alle omstandigheden mag worden uitgezonden. Er kunnen zich bijzondere, zwaarwegende omstandigheden voordoen waardoor de programmamaker zich in redelijkheid niet op de gegeven toestemming mag beroepen. Maar die doen zich in deze zaak niet voor. Enkel vals zingen op televisie, of de stelling dat het optreden de toekomstige carrièrekansen binnen de muziek- en filmindustrie negatief zal beïnvloeden, zijn volgens de rechter onvoldoende zwaarwegende omstandigheden.

En voor zover de kandidaat nog kon denken dat het allemaal wel meeviel met de auditie en zijn zangtalent, wordt die laatste hoop door de rechter ook nog eens teniet gedaan. Na het bekijken van de promo schrijft de rechter namelijk in het vonnis: “Op basis van deze beelden kan geen andere conclusie worden getrokken dan dat de auditie van […] ronduit slecht was.”

Het hoeft overigens geen ramp te zijn als je niet kunt zingen. Tijdens een karaoke-borrel bij ons op kantoor hebben we vastgesteld dat je zonder enig zangtalent wél advocaat kunt worden. En om te voorkomen dat wij een kort geding aan de broek krijgen: er waren ook advocaten die schitterend zongen.

Bron: Deze column van intellectueel eigendom advocaten Evert van Gelderen en Elise Menkhorst werd eerder gepubliceerd in het vaktijdschrift MusicMaker.

Vragen over muziek & recht? Neem dan contact op met Evert en Elise via entertainmentrecht@banning.nl.