Wet Werk en Zekerheid naar de Tweede Kamer

expertise:

Arbeidsrecht

nieuwsbrief:

Wilt u meer weten over dit onderwerp, schrijf u in voor onze nieuwsbrief

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

04 december 2013

  • Het ontslagrecht wordt sneller, goedkoper en eerlijker.
  • De rechtspositie van flexwerkers wordt versterkt.
  • De WW wordt er meer op gericht om mensen weer snel aan het werk te krijgen.

Althans, dat staat in het wetsvoorstel Werk en zekerheid van minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid dat vorige week bij de Tweede Kamer is ingediend. De voorstellen van minister Asscher vloeien voort uit het sociaal akkoord dat kabinet en sociale partners – met instemming van hun achterbannen – in april van dit jaar sloten. Wat toen werd afgesproken met vakbonden en werkgeversorganisaties is nu door de minister in een wetsvoorstel uitgewerkt.

Er komt een nieuw soort vergoeding bij ontslag: de transitievergoeding. Alle werknemers krijgen na een arbeidsovereenkomst van ten minste twee jaar recht op deze vergoeding die gebruikt kan worden voor scholing en om over te stappen naar een andere baan of een ander beroep.Deze transitievergoeding wordt afhankelijk van de duur van een dienstverband. De regel is: ? maandsalaris per dienstjaar en ½ maandsalaris per dienstjaar dat men langer dan tien jaar in dienst is geweest. De vergoeding wordt maximaal € 75.000, en maximaal een jaarsalaris voor mensen die meer dan € 75.000 per jaar verdienen.

Om rechtsongelijkheid bij ontslag te bestrijden, wil de minister werkgevers niet meer zelf laten kiezen of ze werknemers via de kantonrechter of via het UWV ontslaan. Die mogelijkheid maakt het ontslagstelsel onnodig complex en leidt tot ongelijke behandeling in gelijke gevallen. Nu krijgt de ene werknemer, via de kantonrechter, een gouden handdruk, terwijl de andere werknemer, via het UWV, zonder vergoeding op straat komt te staan.

Met de Wet werk en zekerheid komt er een vast voorgeschreven route: ontslag om bedrijfseconomische reden gaat via het UWV en ontslag om persoonlijke redenen wordt door de kantonrechter beoordeeld. De procedures zullen sneller verlopen. In alle gevallen krijgt de werknemer recht op een wettelijke transitievergoeding. Door deze verandering dalen de gemiddelde kosten van ontslag voor werkgevers. De wettelijke bescherming tegen willekeur bij ontslag blijft onverminderd bestaan. Minister Asscher houdt vast aan preventieve toetsing.

De minister vindt voorts dat er te grote verschillen zijn ontstaan in de behandeling van werknemers met vaste en flexibele contracten. Hij stelt maatregelen voor om werknemers met flexibele contracten meer zekerheid te bieden en eerder door te laten stromen naar een vast contract.

Om te voorkomen dat werknemers te lang en tegen hun zin met opeenvolgende tijdelijke contracten voor dezelfde werkgever werken, kunnen ze straks eerder aanspraak maken op een vast contract. Niet na drie jaar, zoals nu, maar al na twee jaar. Oneigenlijk gebruik van flexibele arbeidsvormen wordt aangepakt. Zo komt er een betere ontslagbescherming voor werknemers die via payrolling werken en wordt het langdurig gebruik van 0-urencontracten aan banden gelegd en in de zorg helemaal verboden.

Minister Asscher kiest met de voorgestelde veranderingen van ontslagrecht en Werkloosheidswet voor een meer activerende aanpak om werkloosheid te voorkomen. Samen met sociale partners wil hij werknemers die hun baan verliezen zo snel mogelijk van werk naar werk begeleiden en zo kort mogelijk werkloos laten zijn. Van mensen die langer dan een half jaar in de WW zitten, wordt verwacht dat ze al het beschikbare werk als passende arbeid aanvaarden. Door een nieuw systeem van inkomensverrekening wordt voorkomen dat mensen daarbij minder gaan verdienen dan ze in de WW als uitkering kregen. Werkhervatting vanuit de WW wordt altijd lonend.

De maximale duur van de publiek betaalde WW wordt van 1 januari 2016 tot 2019 stapje voor stapje teruggebracht van 38 naar 24 maanden. Werkgevers en werknemers kunnen in de cao afspraken maken om de WW-uitkeringen na 24 maanden – tot 38 maanden – uit eigen zak te betalen.

Minister Asscher verwacht dat deze voorstellen een gunstig gevolg hebben voor het functioneren van de arbeidsmarkt. Na advies van de Raad van State heeft de minister het wetsontwerp juridisch aangepast en is het naar de Tweede Kamer gestuurd voor parlementaire behandeling.

Klik hier voor het wetsvoorstel: