Wettelijke regeling over betalingstermijnen en betalingsachterstanden

expertise:

Ondernemingsrecht - M&A

nieuwsbrief:

Wilt u meer weten over dit onderwerp, schrijf u in voor onze nieuwsbrief

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

13 maart 2013

Door implementatie van een Europese richtlijn (2011/7/EU van 23 februari 2011, PbEU L48/1) gelden vanaf 16 maart 2013 (Staatsblad 2012/647) een aantal maatregelen die tot doel hebben betalingsachterstanden bij handelstransacties te ontmoedigen en een betere betalingsmoraal te bewerkstelligen.

Wat verandert er?

Wij zetten de belangrijkste wijzigingen in het kort voor u op een rij:

  1. tussen ondernemingen onderling geldt een maximale betalingstermijn van in beginsel 30 dagen, die kan worden verlengd tot maximaal 60 dagen;
  2. tussen ondernemingen en overheidsinstanties geldt een maximale betalingstermijn van in beginsel 30 dagen;
  3. de periode waarbinnen ondernemingen en overheidsinstanties de prestatie moeten aanvaarden of beoordelen bedraagt in beginsel maximaal 30 dagen;
  4. hebben ondernemingen en overheidsinstanties de factuur niet op de uiterste betaaldag voldaan, zijn zij de daarop volgende dag direct € 40,= incassokosten verschuldigd;
  5. de verschuldigde wettelijke handelsrente wordt verhoogd met 1 procentpunt.

Het is derhalve zaak uw contracten, algemene voorwaarden en handelspraktijken in overeenstemming te brengen met voornoemde wijzigingen. Deze zullen wij in het navolgende uitgebreider bespreken.

Algemene opmerkingen

Voornoemde wijzigingen hebben alleen betrekking op handelsovereenkomsten. Dat zijn overeenkomsten om baat die een of meer van de partijen verplicht iets te geven of te doen en die tot stand zijn gekomen tussen een of meer natuurlijke personen die handelen in de uitoefening van een beroep of bedrijf of rechtspersonen. De wijzigingen hebben dus geen betrekking op overeenkomsten met of tussen consumenten.

De wijzigingen gelden ook voor handelsovereenkomsten tussen ondernemingen en overheidsinstanties. Daaronder vallen niet alleen de Staat, provincies, gemeentes en waterschappen, maar ook publiekrechtelijke instellingen zoals De Nederlandse Bank en de Autoriteit Financiële Markten.

De nieuwe regeling ziet alleen op overeenkomsten die zijn gesloten op of na 16 maart 2013. Op overeenkomsten die voor die datum zijn gesloten, is het oude regime van toepassing.

1) Betalingstermijn ondernemingen: maximaal 30 of 60 dagen

Voor handelstransacties tussen ondernemingen geldt in beginsel een maximale betalingstermijn van 30 dagen. Deze termijn kan worden opgerekt tot maximaal 60 dagen. Die verlenging kan ook in de algemene voorwaarden worden opgenomen.

Een langere termijn dan 60 dagen kan slechts worden afgesproken indien aan de volgende cumulatieve vereisten is voldaan:

  • partijen hebben uitdrukkelijk een langere termijn van betaling in de overeenkomst opgenomen; en
  • deze termijn is niet kennelijk onbillijk jegens de schuldeiser, mede gelet op de vraag of de schuldenaar objectieve redenen heeft om af te wijken van de 60 dagen termijn, de aard van de prestatie en elke aanmerkelijke afwijking van goede handelspraktijken.

Het woord “uitdrukkelijk” betekent dat een verlenging van de betalingstermijn niet in de algemene voorwaarden opgenomen mag worden. Een dergelijk beding zal geen werking hebben.

2) Betalingstermijn overheid: maximaal 30 dagen

Voor overheidsinstanties geldt een maximale betalingstermijn van 30 dagen. Die termijn kan ten hoogste 60 dagen bedragen indien aan de volgende cumulatieve eisen is voldaan:

  • partijen hebben uitdrukkelijk een langere termijn van betaling in de overeenkomst opgenomen; en
  • de bijzondere aard of eigenschappen van de overeenkomst dit objectief rechtvaardigen.

Ook hier geldt dat het woord “uitdrukkelijk” betekent dat de verlengde betalingstermijn niet in de algemene voorwaarden opgenomen mag worden. Overheidsinstanties kunnen in ieder geval geen langere termijn bedingen voor overeenkomsten die zij dagelijks of regelmatig sluiten.

3) Verificatieperiode: maximaal 30 dagen

Partijen mogen een verificatietermijn overeenkomen van maximaal 30 dagen na ontvangst van de prestatie. Deze termijn geldt zowel voor handelsovereenkomsten met ondernemingen als voor handelsovereenkomsten met overheidsinstanties. Binnen voornoemde termijn dient de schuldenaar de ontvangen prestatie te aanvaarden dan wel beoordelen of deze aan de overeenkomst beantwoordt.

Een langere verificatieperiode dan 30 dagen is toegestaan indien aan de volgende cumulatieve vereisten is voldaan:

  • partijen zijn een langere termijn uitdrukkelijk overeengekomen; en
  • deze termijn is niet kennelijk onbillijk jegens de schuldeiser, mede gelet op de vraag of de schuldenaar objectieve redenen heeft om af te wijken van de 30 dagen termijn, de aard van de prestatie en elke aanmerkelijke afwijking van goede handelspraktijken.

Het woord “uitdrukkelijk” heeft hier dezelfde betekenis als hiervoor uiteengezet.

Het voorgaande kan betekenen dat de betalingstermijn samenvalt met de verificatietermijn of dat de betalingstermijn reeds tijdens de verificatieperiode is gaan lopen. Daarmee wordt voorkomen dat een schuldeiser onredelijk lang op betaling van zijn factuur moet wachten omdat de schuldenaar zich beroept op de omstandigheid dat hij de prestatie nog niet heeft aanvaard of heeft kunnen beoordelen of de prestatie aan de overeenkomst beantwoord.

Na afloop van de overeengekomen verificatie- en betalingstermijn kan de schuldenaar niet langer met een beroep op een vermeend gebrekkige of non-conforme prestatie betaling van de factuur uitstellen. Zijn partijen niets overeengekomen over (de duur van) een verificatietermijn, dan gelden ons inziens de wettelijke regels over klachtplicht- en termijn van artikel 6:89 en/of artikel 7:23 BW.

4) Minimale incassokosten: € 40,=

Indien de schuldenaar het aan de schuldeiser verschuldigde bedrag niet op de wettelijke of overeengekomen uiterste dag van betaling heeft voldaan, dan is de schuldenaar vanaf de daaropvolgende dag zonder aanmaning een minimumvergoeding van € 40,= aan incassokosten verschuldigd.

Van deze bepaling kan niet ten nadele van de schuldeiser worden afgeweken. Wel ten voordele van de schuldeiser: partijen kunnen hogere vergoedingen overeenkomen. Bepalen overeenkomst en algemene voorwaarden niets over de hoogte van de buitengerechtelijke incassokosten, dan is daarop het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten van toepassing.

5) Wettelijke handelsrente: verhoging met 1 procentpunt

De laatste wijziging betreft een verhoging van de wettelijke handelsrente bij betalingsachterstanden in verband met handelstransacties met 1 procentpunt.

Conclusie

De hiervoor besproken wijzigingen hebben niet alleen effect op uw positie als schuldeiser, maar ook op uw positie als schuldenaar. Als schuldeiser heeft u extra instrumenten in handen om betalingsachterstanden tegen te gaan en effectiever te incasseren. Maar wees er op bedacht dat uw schuldeisers over dezelfde instrumenten jegens u als schuldenaar beschikken.

Heeft u vragen of wilt u meer weten over dit onderwerp? Neem dan gerust contact met ons op.