Regels voor Staatssteun Blijven van Toepassing, Zelfs Tijdens Perioden van Crisis

13 maart 2013

De Gemeente Leidschendam-Voorburg en projectontwikkelaar Schouten de Jong Bouwfonds (SJB) hebben op een onaangename manier ondervonden dat de Europese Commissie standvastig is in haar staatssteunregels, zelfs tijdens een crisis. De Commissie besloot dat de gemeente bij de herontwikkeling van het Damplein verboden staatssteun verstrekt heeft aan SJB. Dit onder meer door het verlagen van eerder overeengekomen grondprijzen. De Commissie eist nu dat de gemeente maar liefst € 6,9 miljoen plus rente terugvordert van SJB.

Het Bouwproject

Zo’n 10 jaar geleden hebben de gemeente en SJB een Publiek-Private Samenwerking (PPS) opgezet voor de herontwikkeling van het centrumgebied in Leidschendam. De hoofdtaak van de PPS was om het terrein bouwrijp te maken. Afspraken over de grondprijs en bijdragen voor grondexploitatie werden in 2004 gemaakt met particuliere bouwbedrijven, waaronder ook SJB. Echter, vanwege vertraging in de exploitatiefase en de dalende woningmarkt kwamen de gemaakte afspraken onder druk te staan. Dit legde het project zelfs bijna stil.

De gemeente wilde het braakliggende terrein in het centrum ontwikkeld hebben en heeft daarom in 2010 ingestemd met nieuwe financiële afspraken om het project weer op gang te krijgen. Zo werd een verlaging van de grondprijs overeengekomen met SJB en werden meerdere bijdragen van SJB kwijtgescholden. Deze nieuwe afspraken waren gunstig voor SJB, met een totaal voordeel van € 6,9 miljoen, en zorgden ervoor dat het project alsnog kon doorgaan ondanks de sterk verslechterde economische omstandigheden.

Blijdschap behalve bij de Commissie

Het project is nu afgerond en op het eerdere braakliggende terrein zijn er nu winkels, woningen en een openbare parkeergarage. De gemeente is tevreden met dit resultaat. Echter, de Europese Commissie is niet blij. Na een klacht startte de Commissie in januari 2012 een onderzoek naar de staatssteun.

Volgens de Commissie heeft de gemeente illegale staatssteun aan SJB gegeven door nieuwe financiële afspraken te maken. Een particuliere investeerder zou volgens de Commissie niet akkoord zijn gegaan met de retroactieve verlaging van de verkoopprijs en het kwijtschelden van overeengekomen bijdragen. In principe betekent dit dat de gemeente het risico van een inkrimpende woningmarkt has overgenomen van SJB. Hiermee heeft de gemeente SJB volgens de Commissie een oneerlijk voordeel gegeven ten opzichte van andere projectontwikkelaars.

Na de vaststelling van staatssteun heeft de Commissie onderzocht of deze hulp in overeenstemming was met de EU-regels. Volgens de Commissie was dit niet het geval. De gebruikelijke procedure is dat de ongeschikte steun wordt teruggevorderd. In dit geval is het niet anders. De Commissie eist dat de gemeente, om de oneerlijke concurrentie te neutraliseren, € 6,9 miljoen plus rente van SJB terugvordert.

De gemeente, Bouwfonds en Schouten & De Jong hebben aangekondigd in beroep te gaan tegen de beslissing van de Commissie.

Implicaties in de Praktijk

De uitspraak van de Commissie heeft voor opschudding gezorgd. Friso de Zeeuw, praktijkhoogleraar Gebiedsontwikkeling aan de TU Delft en directeur nieuwe markten Bouwfonds Ontwikkeling, beschrijft staatssteun als “een fragmentatiebom op gebiedsontwikkeling” die “voorgenomen investeringen bedreigt“. Volgens De Zeeuw is er geen enkel maatschappelijk belang bij het toepassen van de Europese staatssteunregels op moeilijk op gang te brengen vastgoedprojecten en gebiedsontwikkelingen.

Veel ontwikkelaars en mogelijk ook ambtenaren betrokken bij soortgelijke projecten zullen waarschijnlijk instemmen met de woorden van De Zeeuw. Echter, de werkelijkheid is dat de Commissie er anders over denkt. Sinds het begin van de crisis is de Commissie zeer duidelijk dat de handhaving van de regels voor staatssteun ‘gewoon’ doorgaat tijdens economische tegenspoed. De uitspraak in de Leidschendam-zaak benadrukt nogmaals dat gemeenten, corporaties en private partijen rekening moeten houden met de Europese regels voor staatssteun bij het zoeken naar oplossingen voor vastgelopen bouwprojecten. Als heronderhandelde afspraken niet in overeenstemming zijn met de regels voor staatssteun, kan dit ervoor zorgen dat de ontwikkelaar na afronding van het project miljoenen moet terugbetalen op bevel van Brussel.

Meer Weten?

Neem vrijblijvend per mail contact op met Martijn Jongmans

Op de Hoogte Blijven? 

Download hier onze eBooks en nieuwsbrieven.