Hoge Raad oordeelt over reikwijdte legessanctie bij oude bestemmingsplannen

expertise:

Cassatie

nieuwsbrief:

Wilt u meer weten over dit onderwerp, schrijf u in voor onze nieuwsbrief

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

17 november 2017

Het doel en de strekking van de legessanctie bij bestemmingsplannen ouder dan tien jaar brengen mee dat niet alleen de bevoegdheid tot het invorderen van de leges vervalt maar ook de bevoegdheid tot het, aan de invordering voorafgaande, heffen daarvan. Verder strekt de legessanctie zich ook uit tot aanvragen voor vergunningen voor buitenplanse afwijkingen. Dat oordeelt de Hoge Raad vandaag.

De legessanctie

Om gemeenten te stimuleren bestemmingsplannen actueel te houden, is in de wet bepaald dat bestemmingsplannen binnen tien jaar opnieuw moeten worden vastgesteld. Als dat niet is gebeurd, geldt de zogenoemde legessanctie. Dit betekent dat gemeenten vanaf dat tijdstip geen leges mogen vorderen voor diensten die verband houden met dat bestemmingsplan, bijvoorbeeld een vergunningaanvraag.

In deze zaak heeft de belanghebbende in 2013 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend voor het bouwen van een woning. Het sinds 2001 geldende bestemmingsplan stond deze activiteit niet toe, daarvoor was een zogeheten buitenplanse afwijking vereist. In verband met de vergunningaanvraag zijn aan de belanghebbende leges in rekening gebracht. De belanghebbende was het daar niet mee eens en startte een juridische procedure.

De Hoge Raad oordeelt in zijn arrest dat de reikwijdte van de legessanctie niet alleen de bevoegdheid tot invordering van leges betreft, maar ook het heffen daarvan. Daarnaast zegt de Hoge Raad dat de legessanctie zowel ziet op aanvragen voor vergunningen voor activiteiten in overeenstemming met een bestemmingsplan, als ook op aanvragen in strijd met een bestemmingsplan (de zogenoemde buitenplanse afwijking). Uit het arrest blijkt verder dat voor de toepassing van de legessanctie bepalend is dat de tienjaarstermijn is verstreken ten tijde van het belastbare feit, in dit geval het in behandeling nemen van de vergunningaanvraag. Dit belastbare feit omvat alle werkzaamheden die voor de verdere behandeling van de aanvraag moeten worden verricht.

Klik hier voor de onderliggende uitspraak.

Bron: www.rechtspraak.nl