De voorgestelde verruiming van de Leegstandwet

14 maart 2013

Op donderdag 14 maart 2013 heeft de Tweede Kamer gedebatteerd over het wetsvoorstel tot verruiming van de Leegstandwet. Wat gaat er veranderen indien het wetsvoorstel wet wordt? NB: de gewijzigde Leegstandwet is op 1 juli 2013 in werking getreden. 

Inleiding

De Leegstandwet biedt de mogelijkheid tot tijdelijke verhuur van woonruimte. Indien alle formaliteiten in acht worden genomen kan de huurder hierbij geen aanspraak maken op huurbescherming. Een belangrijke eis om op basis van de Leegstandwet tijdelijk te kunnen verhuren is dat door de gemeente een vergunning wordt verstrekt. De Leegstandwet biedt de mogelijkheid om woonruimte echt tijdelijk te verhuren. De Leegstandwet is de laatste jaren met name onder de aandacht gekomen omdat deze wet de mogelijkheid biedt om te koop staande woningen tijdelijk te verhuren. De mogelijkheden die de Leegstandwet biedt worden binnenkort, indien het wetsvoorstel wordt aangenomen en in werking treedt, verruimd.

Bij de behandeling op 14 maart jl. in de Tweede Kamer waren de reacties op het wetsvoorstel overwegend positief. Besloten is dat het debat over dit wetsvoorstel op een later moment wordt voortgezet.

De verruiming

Indien het huidige wetsvoorstel in werking treedt kan op basis van de Leegstandwet als volgt tijdelijk worden verhuurd:

  • in leegstaande gebouwen zoals kantoren en scholen: 10 jaar (is nu 5 jaar)
  • van een woning, bestemd voor afbraak of renovatie: 7 jaar (nu: 5 jaar).
  • van een te koop staande woning: 5 jaar (is nu ook al het geval)

Bij de tijdelijke verhuur van een te koop staande woning is sinds enige tijd al geen sprake meer van toetsing van de huurprijs aan het bekende puntenstelsel. Dit is in de crisis- en herstelwet bepaald. Deze tijdelijke uitzondering wordt op basis van dit voorstel nu permanent aangezien deze wordt opgenomen in de Leegstandwet. Let wel: bij de andere categorieën blijft onverkort de eis gelden dat de huurprijs conform het puntenstelsel wordt vastgesteld.

Verder wordt de mogelijkheid geïntroduceerd dat ten aanzien van een pand of woning vaker dan één maal een vergunning wordt verleend. Er dient dan wel sprake te zijn van een tussenliggende periode van tenminste vijf jaar.

Gemeenten mogen na invoering van deze verruiming ook geen nadere voorwaarden meer stellen aan een vergunningverlening. Overigens beklaagde de NVM zich deze week over het feit dat gemeenten de legeskosten voor een vergunning op grond van de leegstandwet drastisch hebben verhoogd tot maximaal € 375,00. Daaraan verandert het wetsvoorstel niets. Verder biedt het criterium dat van de eigenaar “in redelijkheid niet kan worden gevergd” dat hij de woning anders dan op grond van de Leegstandwet als woonruimte verhuurt de gemeente nog steeds een zekere beleidsvrijheid. Hetzelfde geldt voor het criterium dat de afbraak of renovatie (indien sprake is van een woning die bestemd  is voor afbraak of renovatie) binnen “een redelijke termijn” plaatsvindt.

Wat blijft is dat de vergunning voor ten hoogste twee jaar wordt verleend en vervolgens telkens met één jaar kan worden verlengd. Het is daarbij voor de verhuurder zaak deze termijnen goed in de gaten te houden. Er wordt nog wel eens verhuurd voor “de periode van de vergunning”. Zo’n bepaling in de huurovereenkomst kan er dan toe leiden dat de huurovereenkomst niet eerder kan komen te eindigen dan wanneer de vergunning eindigt. Dat is meestal niet de bedoeling van de verhuurder. Verder blijkt uit de rechtspraak dat er complicaties kunnen ontstaat indien de verhuurder zonder de huurder daarvan in kennis te stellen een verlenging van de vergunning aanvraagt en verkrijgt. Aan dit alles verandert het wetsvoorstel niets.

Ten opzichte van een bruikleenovereenkomst (vaak gebruikt voor “anti-kraak” contracten) is het voordeel van de leegstandwet gelegen in het feit dat huur in rekening kan worden gebracht. Bij een bruikleenovereenkomst is dat niet mogelijk. Een “gewone” verhuur als woonruimte is in de praktijk geen optie, gelet op de vergaande huurbescherming.

Conclusie

De mogelijkheden die de Leegstandwet biedt zijn lange tijd onderbelicht gebleven en pas de laatste jaren kan een verhuur op basis van de Leegstandwet zich in een toenemende populariteit verheugen. Op basis van dit wetsvoorstel biedt de Leegstandwet nog wat meer mogelijkheden voor een tijdelijke verhuur van woonruimte. Wij informeren u nog wanneer het wetsvoorstel wordt aangenomen en in werking treedt.

Naschrift

De Leegstandwet is vervolgens op 18 juni 2013 door de Eerste Kamer aangenomen. De gewijzigde Leegstandwet is gevolgd op basis van het Besluit van 25 juni 2013 in werking getreden.