Bouwgolf in de zorgsector gaat een enorme vlucht nemen: miljoenen vierkante meters extra zijn nodig tot 2030

sector:

Zorg

19 december 2012

Dat concludeert het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) in een studie die in opdracht van Bouwend Nederland is uitgevoerd.

De conclusie van het EIB is dat de bouwproductie voor de zorg tot 2016 ongeveer op huidig niveau blijft, maar daarna onder invloed van de kwaliteitstoename, de verdere vergrijzing en de veroudering van het bestaande vastgoed, sterk gaat toenemen. In 2030 ligt de totale bouwproductie voor de zorg volgens het EIB op circa 3,7 miljard Euro, in tegenstelling tot 1,7 miljard Euro in 2016. Kortom, meer dan een verdubbeling.

Er bestaat een grote behoefte aan investering in zorgvastgoed zowel op korte als op lange termijn. De voorraad zorgvastgoed is de afgelopen jaren sterk gegroeid en zal dat blijven doen. In 1990 was 35 miljoen m2 vastgoed in gebruik door zorginstellingen. In 2010 was het aantal vierkante meters opgelopen naar 52 miljoen m2. De verwachting is dat dit in 2030 nog verder zal opgelopen naar bijna 80 miljoen m2. Tegelijkertijd zullen door de veroudering zorggebouwen de vervangingsinvesteringen in 2030 verdrievoudigd zijn.

De sterkste groei zal plaatsvinden in de care-sector, zoals verpleging, verzorging, thuiszorg en wijkverpleging, met name voor de ouderenzorg. Bepalende factoren zijn naast de demografische groei en de vervangingsvraag, ook de toenemende rijkdom en innovatie. Ouderen worden steeds welvarender en zullen meer luxe gaan eisen en voelen zich minder aangetrokken tot de traditionele verzorgingshuizen. Ook de toename van het aantal ouderen en oudere ouderen zijn bepalend voor de uitbreiding van het zorgvastgoed. Ouderenzorgverleners die niet meegaan in deze trend, zullen slecht opgewassen zijn tegen de concurrentie en krijgen te kampen krijgen met leegstand.
Het nieuwe zorgstelsel met integrale tarieven, waarin de vergoeding voor het vastgoed besloten zit, maakt dat zorginstellingen bewuster moeten worden van de kosten van hun vastgoed. Dit kan positief maar ook negatief doorwerken.

Om in te kunnen springen op deze ontwikkeling, is het van belang om ruim voor 2016 de sprong in kwaliteit van de huisvesting in te zetten. Van het idee tot aan het moment van de realisatie en ingebruikname zijn immers al snel meerdere jaren gemoeid. Een bijkomend voordeel is dat in deze crisistijd de bouwkosten veel lager zijn dan voorheen, maar waarvan u de komende 30 jaren wel profijt kunt hebben. Om er voor te zorgen dat al uw contracten, van de intentieovereenkomst tot aan de realisatieovereenkomst en de uiteindelijke huurovereenkomst juridisch goed doordacht zijn, adviseer ik u zich te laten bijstaan door een specialist.
Ook al bevindt u zich nog maar in de oriëntatiefase, voordat u zich het realiseert, is de stap naar de ‘precontractuele fase’ gezet; een fase waarin het afbreken van onderhandelingen niet meer zonder meer is toegestaan.