De ministerraad heeft onlangs ingestemd met de door het ministerie van EL&I aangepaste Warmtewet en het ontwerp van een Warmtebesluit. Het Warmtebesluit vormt de uitvoeringsregelgeving van de Warmtewet. De Warmtewet zelf beoogt een transparante en eenvoudige tariefstructuur, met bescherming van de gebonden warmtegebruiker. Het Warmtebesluit is van toepassing op zakelijke en particuliere consumenten van warmte, leveranciers en producenten van warmte, gemeenten, woningbouwcorporaties, woningbezitters, projectontwikkelaars, etc.
De Warmtewet stelt regels aan de levering van warmte aan huishoudens. Met de wet voorkomt de overheid dat bedrijven een te hoge prijs vragen voor warmte of de leveringszekerheid van warmte, na de liberalisering van de energiemarkt voor consumenten.
Zo staat in de wet dat energiebedrijven geen hogere prijs mogen vragen voor hun restwarmte die in stadsverwarming wordt gebruikt, dan de prijs voor het stoken met gas. Deze regel is ook wel bekend als het Niet Meer Dan Anders-principe. Verder komt er voor huishoudens en kleine bedrijven één maximumtarief voor de afname van warmte. Ook worden zij beter beschermd als energieleveranciers in financiële problemen komen.
De Warmtewet bepaalt ook dat bedrijven een vergunning moeten hebben om warmte te mogen leveren aan consumenten. Om in aanmerking te komen moet het bedrijf aantonen dat het organisatorische, financiële en technische kwaliteiten heeft. Aan de vergunning kunnen voorschriften en beperkingen worden verbonden. De houder is bijvoorbeeld verplicht om warmte te leveren aan verbruikers die zijn aangesloten op het warmtenet, tegen een redelijke prijs. Het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I) beslist over de verlening van een vergunning.
Het nieuwe wetsvoorstel kent één maximumtarief voor huishoudelijke klanten en kleine bedrijven, wat een aanzienlijke vereenvoudiging is van de voorgaande versie. Verder zal ook de oorspronkelijke grens van 1.000 kW aansluitvermogen sterk worden verlaagd. Daardoor zullen de wat grotere zakelijke afnemers niet onder de Warmtewet vallen.
De warmtewet zal verder ook niet met terugwerkende kracht worden ingevoerd.
Het wetsvoorstel ligt nu ter advies bij de Raad van State. Het is nog niet bekend wanneer de secundaire regelgeving definitief is en wanneer de Warmtewet in werking treedt. De verwachting is echter dat dit in de loop van 2011 is.