Skip to Content

Verlenging alimentatietermijn na 12 jaar

Publicaties Familie- & Erfrecht

Op 1 juli 1994 trad de Wet limitering alimentatie (WLA) in werking. Alimentatieverplichtingen, die na inwerkingtreding van deze wet zijn toegekend door de rechter of tussen partijen zijn overeengekomen, eindigen automatisch 12 jaar na inschrijving van de echtscheidingsbeschikking in de registers van de burgerlijke stand.

Binnen drie maanden na ommekomst van deze 12 jaar kan de alimentatiegerechtigde om verlenging van de alimentatieduur vragen. Lange tijd leek verlenging van de alimentatieduur schier onmogelijk. Het lijkt er echter op dat er sinds eind 2008 enige versoepeling ten gunste van de alimentatiegerechtigde komt.

In de rechtspraak zijn de laatste tijd een aantal toetsingscriteria ontwikkeld voor het oordeel of de alimentatieduur na de termijn van 12 jaar verlengd dient te worden. Deze criteria zijn:

  • Is de beëindiging van de alimentatie voor de alimentatiegerechtigde ingrijpend
  • Is er sprake van bijzondere omstandigheden aan de zijde van de alimentatiegerechtigde (bijvoorbeeld intensieve extra zorg voor kinderen of arbeidsongeschiktheid van de alimentatiegerechtigde)
  • Houdt de behoefte aan voortduring van de alimentatie verband met het huwelijk
  • Heeft de alimentatiegerechtigde er binnen zijn of haar mogelijkheden alles aan gedaan om –ondanks bijzondere omstandigheden- tot financiële zelfstandigheid te komen

De criteria lijken niet volledig cumulatief te worden toegepast. Het leek er op dat omstandigheden, die zich aan de zijde van de alimentatiegerechtigde na echtscheiding hebben voorgedaan, niet in het nadeel van de alimentatieplichtige konden werken. De Hoge Raad oordeelde echter op 6 november 2009 dat het enkele feit dat de arbeidsongeschiktheid na het huwelijk is ontstaan niet voldoende reden is om geen bijzondere omstandigheden aanwezig te achten. De alimentatiegerechtigde zal in een procedure om tot verlenging van de alimentatieperiode te komen, moeten stellen en aantonen dat aan de criteria is voldaan. Er lijkt dus enige beweging in het voordeel van de alimentatiegerechtigde plaats te vinden, zij het dat er wel sprake dient te zijn van zeer bijzondere omstandigheden. De deur naar verlenging staat echter op een kleine kier.