Skip to Content

Kort Geding Aangespannen Na Onrechtmatige Publicatie van een Boete: Een Diepgaande Analyse

Publicaties Mededinging & Regulering
Op 20 maart 2014 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak tussen de Autoriteit Financiële Markten (AFM) en een onderneming. De AFM had deze onderneming een boete opgelegd, die ze vervolgens op haar website openbaar maakte. De Hoge Raad heeft echter dit besluit vernietigd, waardoor de onderneming haar naam wilde zuiveren. Ondanks dat de AFM (gedeeltelijk) gehoor heeft gegeven aan dit verzoek, is de onderneming toch naar de voorzieningenrechter gestapt. Op 8 april 2010 had de AFM de betrokken onderneming een boete opgelegd van EUR 24.000 voor het overtreden van artikel 115 lid 1 van het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft (BGfo). De onderneming vocht dit aan en stapte naar de rechter, nadat de AFM haar bezwaar ongegrond had verklaard. De rechtbank vernietigde vervolgens het besluit en trok het boetebesluit in. Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) bevestigde dit oordeel. Ruim twee maanden na de uitspraak van het CBb verzocht de onderneming de AFM schriftelijk om het boetebesluit en de daaraan gerelateerde informatie van haar website te verwijderen. Ook verlangde ze een rectificatie op de website van de AFM, waarbij duidelijk werd dat de boete ten onrechte was opgelegd en gepubliceerd. De AFM heeft aangegeven te voldoen aan deze verzoeken. Ondanks deze toezegging van de AFM, diende de onderneming toch een kort geding in, omdat er nog steeds verwijzingen naar het boetebesluit op de website te vinden waren. Daarnaast vond zij het geplaatste bericht onvoldoende en onjuist. De AFM reageerde hierop door te stellen dat zij bezig was alle verwijzingen naar het boetebesluit te verwijderen. Volgens de voorzieningenrechter is er geen spoedeisend belang omdat het boetebesluit van de website van de AFM is verwijderd. Ook verwacht hij niet dat de AFM het bericht opnieuw zal plaatsen. Volgens de rechter had het op de weg van de onderneming gelegen om de AFM hierop te wijzen voordat zij een kort geding startte. Daarnaast ziet de rechter geen aanleiding voor een proceskostenvergoeding, gezien de onderneming twee maanden heeft gewacht om de AFM te verzoeken het persbericht en het boetebesluit van haar website te verwijderen. Het verzoek om een voorlopige voorziening werd dan ook afgewezen. Wil je meer te weten komen over dit onderwerp? Mail vrijblijvend met Silvia Vinken (onze contactgegevens vind je hier en op onze website).

Wil je op de hoogte blijven? 

Download hier onze eBooks en nieuwsbrieven.