Wetsvoorstel om langer tijdelijke arbeidsovereenkomst voor jongeren mogelijk te maken tijdens de crisis

expertise:

Arbeidsrecht

nieuwsbrief:

Wilt u meer weten over dit onderwerp, schrijf u in voor onze nieuwsbrief

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

28 september 2009

Minister Donner heeft onlangs naar de Tweede Kamer een wetsvoorstel gestuurd dat het tijdelijk mogelijk maakt om jongeren tot 27 jaar gedurende de crisis langer op grond van een tijdelijke arbeidsovereenkomst te laten werken. Het gaat hier om een tijdelijke aanpassing van artikel 7:668a BW. 

Huidige regeling

Artikel 7:668a lid 1 BW luidt als volgt:
Vanaf de dag dat tussen dezelfde partijen: 
a. Arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd elkaar met tussenpozen van niet meer dan drie maanden hebben opgevolgd en een periode van 36 maanden, deze tussenpozen inbegrepen, hebben overschreden, geldt met ingang van die dag de laatste arbeidsovereenkomst als aangegaan voor onbepaalde tijd;
b. meer dan 3 voor bepaalde tijd aangegane arbeidsovereenkomsten elkaar hebben opgevolgd met tussenpozen van niet meer dan 3 maanden, geldt de laatste arbeidsovereenkomst als aangegaan voor onbepaalde tijd. 

Met andere woorden: Bij tijdelijke contracten moet de werkgever nu na een periode van 3 jaar of bij het 4e contract de werknemer vast in dienst nemen. De minister wil voorkomen dat jongeren om die reden niet in dienst worden gehouden. Daarom ligt er nu een wetsvoorstel met als doel jongeren tot 27 jaar gedurende de huidige economische crisis langer aan het werk te houden.

Inhoud wetsvoorstel 

Het gaat om een tijdelijke aanvulling van artikel 7:668a BW met een nieuw lid 6, die beoogd is in te gaan op 1 januari 2010, en die in beginsel van kracht blijft tot 1 januari 2012. Bij elkaar opvolgende tijdelijke contracten ontstaat nu dus na een periode van 3 jaar of bij een 4e contract een vast dienstverband. In het tijdelijke nieuwe lid 6 wordt het mogelijk gemaakt om voor jongeren tot 27 jaar de periode van 3 jaar te verlengen naar 4 jaar en zal in plaats van bij het 4e contract bij het 5e contract een vast dienstverband ontstaan. 

De voorgestelde maatregel geldt ook voor jongeren onder de 27 jaar die bij de inwerkingtreding al in hun 1e, 2e, of 3e contract zitten. Als de tijdelijke maatregel komt te vervallen, in beginsel 1 januari 2012, is uitbreiding naar een 4e contract of 4e jaar niet meer mogelijk voor reeds lopende contracten. Voor jongeren die op dat moment al in hun 4e contract of 4e jaar zitten, kan dit nog steeds van rechtswege aflopen.

Volgens de Memorie van toelichting wordt een 4e contract of een contract in het 4e jaar omgezet in een contract voor onbepaalde tijd op het moment dat de werknemer tijdens de looptijd van het contract 27 jaar wordt. Afwijking bij CAO is, net als bij de reeds geldende bepalingen van art. 7:668a BW, mogelijk. Dit betekent ook dat, als de (lopende) CAO een bepaling kent waarin contracten voor bepaalde tijd worden gemaximeerd tot 3 contracten of tot 3 jaar, de voorgestelde maatregel geen effect heeft.

Wij houden u op de hoogte van de ontwikkelingen.